De vorm en grootte van de schubben verschilt per vissoort. Blankvoorn en karper hebben bijvoorbeeld grote schubben, zeelt en paling hebben schubben die je nauwelijks kunt zien.
De meeste zoetwatervissen hebben gladde, ronde schubben. Baars en snoekbaars hebben zogenaamde kamschubben die ruw aanvoelen. De schubben op de foto zouden dan ook van een snoekbaars moeten zijn. Maar als een gerenommeerde visser ons wil corrigeren dan luisteren we natuurlijk aandachtig 🙂