Struinen bij de Grensmaas 1: Borgharen en Itteren
De namen Borgharen en Itteren kennen we vooral als de Maas weer eens buiten z’n oevers treedt. Dan zijn hier de zandzakken niet aan te slepen en wensen de dorpsbewoners dat ze hun huisvesting iets hogerop in het Limburgse land hadden gekozen. Maar afgezien van deze tijdelijk ellende brengt de Grensmaas ook veel goeds. De grond is hier vruchtbaar en sinds het project RivierPark Maasvallei in 2006 gestart werd is de natuurwaarde met sprongen vooruit gegaan. De Struingids nam begin juni 2024 een kijkje.
Naast de Grensmaas bepalen nog twee waterlopen het aanzicht van het gebied: de Kanjelbeek en de Geul.
Borgharen, 2 juni 2024
De eerste tocht ging naar het gebied rond Borgharen. Deze dorpsnaam grijpt terug op de woorden borg (kasteel) en haar (zandige heuvelrug). Het middeleeuwse kasteel Borgharen is het startpunt van de wandeltocht. De burcht met de roemruchte geschiedenis wordt de laatste jaren in ere hersteld door een grote groep vrijwilligers.
Al snel loop je het struingebied in. Eerste stopplaats is een merkwaardige bosschage. Hier werd door archeologen in 2010 een massagraf ontdekt dat z’n weerga niet kent. Er liggen namelijk de skeletten van 65 paarden, gesneuveld in een strijd ergens in de 17e of 18e eeuw. Over de exacte veldslag is nog geen duidelijkheid.
Na onderzoek zijn de skeletten weer ondergedekt met aarde, dus je ziet er niets van. Of… toch? Een door een dier (hond, vos?) gegraven gat laat een stukje skelet zien (zie de foto onder). Het lijkt een paardenbot te zijn. Navraag bij een bevriende archeoloog leert dat dit zeker een mogelijkheid is.
Het is in deze tijd van het jaar natter dan normaal. De overvloedige regenval heeft de Maas flink gevuld. Het land is zompig en moeilijk begaanbaar. Het eiland Dael steekt duidelijk boven het landschap uit en daar is het gemakkelijker struinen.
Itteren, 5 juni 2024
Een aantal dagen later bezochten we een gebiedje iets noordelijker, bij het dorp Itteren. Dit is de plek waar het riviertje de Kleine Geul uitmondt in de Grensmaas. Het is een gemakkelijke wandeling, je loopt grotendeels langs de oevers van de Geul, over een graspad dat prima gemaaid is. Toch is het het landschap verrassend mooi te noemen. De Geul meandert er lustig op los en heeft soms zeer hoge steilwanden, vooral bij de monding in de Maas, een walhalla voor de oeverzwaluwen. Ook de wilde planten zijn een lust voor het oog, net als de sierlijke weidebeekjuffers, die al fladderend hun kunsten vertonen boven het heldere beekwater. Je voelt je hier heel ver weg van de bewoonde wereld!
Van 2008 tot 2020 is in de Itterse Werd heel wat grind afgegraven, met een drieledig doel: hoogwaterveiligheid, natuurontwikkeling en de winning van veel grind (54 miljoen ton!) en zand. Het resultaat mag er zijn: de Grensmaas stroomt vrij door het gebied, en de biodiversiteit op de oevers is spectaculair toegenomen.
Wij vertrokken vanuit het dorp Itteren, maar een betere startplek is de kasteelhoeve Hartelstein: Hartelstein 204, 6223 HV Maastricht. Wil je hier ook eens rondstruinen dan kan je op eigen houtje gaan of een begeleide tocht boeken via de kalender van Rivierpark Maasvallei.