Marc Westermann: vogelkenner met ‘akoestische’ tuin

Marcwestermann1

“Dankzij vogels leer ik mijn landschap steeds intensiever kennen en de wisseling van de seizoenen ervaren: de roep van de kwartelkoning in juni in het hooiland, de terugkeer van de zwaluwen in het dorp, de zang van de bosrietzanger en de komst van de ganzen uit het hoge noorden. Die kennis en ervaring geef ik aan de vogels terug als vrijwilliger in alle mogelijke vormen van bescherming en bewaking van de kwaliteit van hun biotoop en door voorlichting.”

We strijken neer in de groene, bloeiende, fluitende en zoemende tuin van Marc Westermann in Neerijnen. Marc werd in 1945 op Sumatra geboren en is een begenadigd verteller als het gaat over zijn passies, zoals cinema en – in dit geval – vogels. Onder de overkapping van zijn 300 jaar oude Betuwse boerderij steekt hij van wal: “Ik kom op ruim zestig vogelsoorten die ik in mijn tuin heb gezien of gehoord, waarbij ook een nestelend paar ooievaars. En daar komt nog eens bij het gebrom en gezoem van hommels en andere insecten die hun bijdragen leveren aan de klankenrijkdom in mijn akoestische tuin!”

WetlandWacht Vogelbescherming
“Als WetlandWacht fungeer ik als ogen en oren in het veld. Ik houd het wetland waar ik verantwoordelijk voor ben in de gaten en onderneem actie als er bedreigende ontwikkelingen voor de natuur zijn. Waar mogelijk stimuleer ik lokale en regionale beschermingsactiviteiten. De uiterwaarden in de Betuwe aan de noordoever van de Waal van Ophemert (Stiftsche Uiterwaarden) tot en met de Neerijnen (Rijswaard) zijn mijn werkterrein.”

Wat maakt dat je zo van vogels houdt?
“Het vliegen! Vogels zijn vrije wereldburgers en kunnen overal landen. De vogeltrek vind ik een heel bijzonder fenomeen; ’s zomers heen, ’s winters terug, het is een heel intensieve, veeleisende onderneming. Ook hun zang spreekt me aan. Een bosrietzanger is bijvoorbeeld één van de meest improviserende en imiterende trekvogels. Hij neemt geluiden mee van onderweg. Men heeft weleens kunnen vaststellen dat een bepaalde bosrietzanger over Tunesië moet zijn gevlogen, omdat hij het plaatselijke ‘dialect’ had overgenomen.”

Wat zijn karakteristieke vogels van het rivierengebied?
“De kwartelkoning, al is deze al 5 jaar niet meer in de omgeving waargenomen. En natuurlijk ganzen! Duizenden wintergasten strijken neer om gras te eten. Het gaat vaak om kolganzen en brandganzen.

In het dynamische rivierenlandschap leven ook pioniervogels/opportunisten, zoals de oeverzwaluw en de plevier. Sinds de projecten van Ruimte voor de Rivier is het aantal roofvogels, waaronder zee- en visarenden, toegenomen. De langzamer stromende nevengeulen (vergeleken met de hoofdstroom van de rivier) zijn namelijk aantrekkelijk voor de voortplanting van vissen.”

Welke ontwikkelingen heb je meegemaakt?
“In mijn vogeljeugd in de jaren ’50-’60 waren er veel minder ganzen dan nu. Brandganzen hebben in de afgelopen decennia ontdekt dat ze in Nederland kunnen blijven, dat scheelt heel wat duizenden kilometers vliegen. De grote zilverreiger zag je vroeger nooit. Nu is deze sierlijke reiger algemeen voorkomend.”
“De boerenlandvogels, zoals leeuweriken, zijn helaas wel met 80% afgenomen. Dit hangt grotendeels samen met de schrikbarende afname van het aantal insecten. We hebben te maken met ‘shifting baselines’: ik mis de leeuweriken zelf enorm, omdat ze in mijn jeugd talrijk waren. Maar de jongere generatie weet niet beter dan dat de leeuwerik een zeldzame vogel is en leeft vanuit dat beeld. Begrijpelijk, maar wel verdrietig.”

Tips
Marc geeft een tip voor het duiden van vogelsoorten aan de hand van hun zang: de app Merlin Bird ID.
Zijn boekentips zijn Natuuramnesie (Marc Argeloo) en ‘De wijsheid van vogels’ (Tim Birkhead).

Augustus ’24, Emmie Nuijen

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *