Plant uitgelicht: Klein Hoefblad
Klein hoefblad (Tussilago farfara)
Klein hoefblad is één van de eerste wilde planten die gaat bloeien in het vroege voorjaar. Het is één van de weinige zogenaamde ‘naaktbloeiers’; d.w.z. ze bloeien al voordat het blad is gevormd. Ze delen die eigenschap met Herfststijlloos en Groot hoefblad. De gele bloemhoofdjes zitten aan een geschubde stengel, die spinnewebachtig behaard is. De later gevormde bladeren hebben de vorm van de hoef van een paard, en daar komt natuurlijk de Nederlandse naam vandaan.
Het is een pioniersplant op open, vochtige standplaatsen op voedselrijke bodems en groeit vaak op omgewoelde grond. Samen met Speenkruid is het de eerste gele bloem die je na de jaarwisseling ziet.
Naamgeving
De Nederlandse naam komt van de hoefijzervormige bladeren. De Latijnse naam duidt op de geneeskrachtige toepassing: Tussil ago = tussis : hoest en agere: verdrijven. Vanwege zijn bijzondere eigenschap, eerst bloemen en dan pas bladeren, stond het te boek als Filius ante patrem (de zoon voor de vader).
In verschillende talen:
- Frysk: Lyts hoefblêd
- English: Coltsfoot
- Français: Pas-d’âne
- Deutsch: Huflattich
- Dansk: Følfod
- Espanõl: Tusilago
- Italiano: Tossilaggine comune
- Svenska: Hestehov
Eetbaarheid
Vooral de bloempjes zijn smaakvol en mals en kunnen rauw of even in boter gebakken gegeten worden. Van de bloemen kan ook gelei, siroop en wijn worden gemaakt. De jonge bladeren smaken goed in salades en worden vooral als groente gegeten. Je kunt de bloemen en het blad ook gebruiken voor thee. Eet er niet te veel van, overdaad schaadt bij deze plant.
Recept klein hoefblad gelei (via wildplukken.nl):
Onthoofd de bloemen en haal zoveel mogelijk het groen onder de bloemkop vandaan. Zet het op het vuur met een citroen of sinaasappel (wat je zelf lekker vindt). Na een half uurtje pruttelen zeef je alles door een kaasdoek. Doe er net zoveel geleisuiker bij als je vocht hebt. Vijf minuten doorkoken en je hebt je eigen klein hoefbladgelei. Je kunt ook allerlei kruiden toevoegen als steranijs, pepers etc. als je iets meer smaak wilt hebben.
Geneeskrachtige toepassing
In de volksgeneeskunde is Klein Hoefblad een middel bij urinewegontstekingen, koorts en vermoeidheid. Het wordt eveneens als krampwerend middel ingezet. Traditioneel de meest algemene toepassing is de inzet bij aandoeningen van de luchtwegen, virale infecties, griep, verkoudheid en koorts. Al sinds de Romeinen – en wie weet daarvoor – werden de bladeren als verzachtend middel bij hoest aangewend. Uitwendig wordt deze plant gebruikt als wondkruid op abcessen en zweren. Omdat Klein Hoefblad in de volksgeneeskunde lang werd gebruikt, is de plant wetenschappelijk uitvoerig onderzocht op medicinale werkingen. De plant is in 1994 in Duitsland uitgeroepen tot ‘Arztneipflanze des Jahres’.
Meer bijzonderheden:
- Bloeitijd: februari tot en met april, maar je ziet ze ook al in januari.
- De plant wordt tot 30 centimeter groot.
- Onderkant van het blad is viltig.
- De plantjes hebben lange wortelstokken, die uitlopers kunnen hebben van een meter. Daardoor zijn ze ook moeilijk te verwijderen.
- Klein hoefblad is eenhuizig, dat wil zeggen dat de bloem zowel mannelijk als vrouwelijk is.
- Volgens een oud volksverhaal ontspruit de plant daar waar de eenhoorn z’n hoeven heeft geplaatst.
Gedicht: Klein Hoefblad
Op het fietspad langs de Maas
zo aan de rand, waar het zand
is omgewoeld, grijpt het zijn kans.
Roept in het rond, dat de kou
uit de grond, dat woelmuis
en mol mogen ontdooien,
want de aarde warmt op.
Uit een scheur in het asfalt,
het steeltje nog teer
en zo naakt zonder blad,
zodat alle aandacht knalt
op zijn felgele kop,
afdruk van de zon.
Herman Verweij
Uit: Hoe alles zich terugvond (2020)
Verspreiding:
De verspreiding in Nederland, volgens Waarneming.nl in de afgelopen 10 jaar (2012-2023). De plant komt in het hele land voor, met grotere populaties in Zuid-Limburg, langs de grote rivieren en in de Randstad.
De wereldwijde verspreiding, volgens https://www.gbif.org/